Ingezonden brief van wijkbewoner Albert Simonis in Leidsch Dagblad, 25 januari 2020, ‘Regio’, pagina 9
Nu de bouwprijzen de pan uitrijzen, heeft Leiden zich verplicht 8200 woningen te bouwen. Daar is binnen de gemeentegrenzen geen ruimte voor als die woningen voldoende licht en lucht moeten krijgen, behoorlijke afmetingen hebben en bereikbaar zijn. Dat betekent voldoende wegcapaciteit èn dat je in de buurt moet kunnen parkeren.
Uit de Woonvisie Leiden blijkt dat men dat wil realiseren door bewoners de mogelijkheid van het gebruik van een auto te ontnemen. Met de nieuwe Parkeervisie drukt de gemeente de normen t.a.v. parkeren omlaag, terwijl wijken die aan de oude normen voldoen al tegen de grenzen van de parkeerdruk aanlopen. Ons progressieve gemeentebestuur denkt auto’s eenvoudig weg, uitgaande van droombeelden als “mensen kopen geen auto meer, maar huren vervoer” en “nieuwe bewoners krijgen geen parkeerontheffing”.
Door overheidsbeleid wordt arbeid steeds slechter betaald en zijn huizen onbetaalbaar geworden. De meeste burgers hebben aan één baan per gezin niet genoeg. Ze werken verder dan op loop- of fietsafstand van huis, zelden dicht bij een OV-knooppunt. Kinderen moeten naar school, voetballen of ballet worden vervoerd. Als ze ouder zijn kunnen ze geen betaalbaar huis vinden en moeten ze thuis blijven wonen. Nog meer auto’s op één adres: waar moeten díe blijven?